CRITERIA 2014-2020
Er zijn 4 soorten criteria waaraan projecten worden afgetoetst :
Horizontale criteria Europa
- het project draagt bij tot de horizontale doelstelling van Europa :
- werkgelegenheid
- klimaat
- Armoede
- het project heeft een duidelijk gemotiveerde link met Landbouw of Platteland
Ontvankelijkheidscriteria
Dit zijn de criteria waaraan het dossier hoort te voldoen om ontvankelijk verklaard te worden. Hierop wordt telkens met: ja/nee/niet van toepassing geantwoord.
- Het aanvraagformulier moet tijdig en volledig (projectomschrijving, doelstellingen, financiële gegevens, bijlagen, nodige vergunningsaanvragen, offertes,…) zijn ingediend (poststempel en/of[1] datum van email gelden als bewijs). De indiendata worden door de Plaatselijke groep vastgelegd en zullen via persbericht (en op de website) bekend gemaakt worden.
- Het project wordt uitgevoerd binnen de Leaderperiode, dus tot uiterlijk 30/06/2022. Uit de projectplanning moet blijken dat het project effectief realiseerbaar is binnen deze gestelde termijn.
- Het project wordt uitgevoerd binnen het afgebakende Leadergebied.
- Het project start binnen de drie maanden na goedkeuring.
- Het project bezit een grote mate van continuïteit na afloop van de cofinanciering. In het aanvraagformulier moet duidelijk aangetoond worden hoe dit zal gebeuren.
- De doelstelling(en) van het project pas(t)(sen) binnen één of meerdere vande themalijnen van de Lokale Ontwikkelingsstrategie Leader Hageland 2014 – 2020.
- Debegunstigde heeft een statuut dat in aanmerking komt binnen de actielijn waaronder het project valt. Een kopie van de statuten van de projectpromotor is toegevoegd.
- Wordt het project uitgevoerd door provinciale diensten? Indien wel, dan moet de 5%-regel in acht worden genomen.
- De eigen financiering van de promotor (en eventuele copromotor(en)) (minstens 15%) is aanwezig en kan gewaarborgd worden.
- De doelstelling van het project mag in geen geval strijdig zijn met het vigerende beleid c.q. wetgeving van Europese, nationale, provinciale of gemeentelijke overheden en niet strijdig zijn met de Europese richtlijnen en verordeningen.
- Projectenen acties komen in aanmerking voor zover ze niet gesubsidieerd worden vanuit andere maatregelen binnen het PDPO 2014 – 2020. De combinatie met andere Europese en Vlaamse cofinanciering is eveneens uitgesloten, met uitzondering van het Vlaams plattelandsfonds.
- Het aanvraagformulier bevat een ingevulde indicatorenlijst. Indicatoren zijn variabelen die meetbaar zijn en de verandering kunnen weergeven ( bv. bezoekersaantallen,…). Aan de hand van de indicatoren kan nagegaan worden of deze resultaten bereikt zijn op het einde van het project.
- Het aanvraagformulier is juist ondertekend: d.w.z.
· Provincie: bevoegde gedeputeerde en griffier;
· Gemeente: burgemeester en secretaris;
· Vzw: voorzitter of secretaris (wordt bepaald in de statuten);
Subsidiabiliteitscriteria:
Niet alle kosten zijn subsidiabel. De opgesomde kosten in elk aanvraagformulier moeten tegen het licht van de in de handleiding gestelde bepalingen worden gehouden. Bijgevolg zijn enkele kosten uitgesloten of niet toegelaten:
- de verwerving inclusief leasing van onroerende goederen, bijvoorbeeld grond en gebouwen;
- de huurkoop van machines;
- studies zonder realisatie.
- loonkosten voor loutere ‘supervisie’ (meestal door de directie);
- uitgaven voor extralegale voordelen als groepsverzekeringen, extralegaal pensioen, hospitalisatieverzekering, … (Die kosten zijn onder geen enkele rubriek subsidiabel);
- beroepskleding, verzekering burgerlijke aansprakelijkheid;
- kosten voor aanwerving;
- ontslagvergoeding, opzeggingsvergoeding.
- recupereerbare BTW;
- rollend materieel:
- aankoop van rollend materieel;
- leasing van auto’s – afschrijving van bedrijfsvoertuigen;
- belasting op het rollend materieel;
- verzekering van het rollend materieel;
- herstellingen aan het rollend materieel.
- De bovenvermelde kosten voor rollend materieel komen wel in aanmerking als het rollend materieel specifiek voor het project bestemd is en als het expliciet is goedgekeurd;
- aankoop van gronden en gebouwen;
- studies zonder realisatie;
- reguliere kosten, bijvoorbeeld de opmaak van een brochure waarvoor de organisatie al gesubsidieerd wordt;
- grote afbraakwerken (waarvoor een sloopvergunning nodig is of waarbij de ratio afbraak/opbouw niet in verhouding is);
- intrest door laattijdige betaling van facturen;
- bankkosten (kosten voor het beheer van een rekening, debetrente);
- ·boetes;
- proceskosten;
- heffingen en belastingen (met uitzondering van niet-terugvorderbare BTW);
- presentiegelden, zitpenningen;
- aankoop van dieren;
- zaai- en pootgoed van jaarlijkse landbouwgewassen (alsook het planten ervan);
- afschrijfkosten voor het gebruik van bestaande infrastructuur (gebouwen, materieel, installaties, meubilair en rollend
materieel, ...); - uitbatingskosten na de realisatie van de investering;
Om projecten op verschillende budgetjaren te kunnen goedkeuring moet een duidelijke projectbegroting per budgetjaar opgegeven worden. Enkel op die wijze kunnen de PG en de beheersdienst het jaarlijks toegewezen budget beheren. Het is mogelijk dat de met het aanvraagformulier meegestuurde financiële tabel daarvoor moet aangepast worden. Desgevallend zal dit in de goedkeuringsbrief komen te staan.
Selectiecriteria
Selectiecriteria hebben mogelijks een subjectiever karakter en hebben betrekking op het inhoudelijke aspect van een project. In tegenstelling tot de ontvankelijkheidcriteria is het hier geen noodzakelijke voorwaarde dat aan al deze selectiecriteria voldaan wordt, wil men kans maken op subsidietoekenning. Het is wel zo dat wanneer er relatief meer selectievoorwaarden positief ingevuld worden, het project een hogere kans krijgt op cofinanciering ten opzichte van andere projecten.
Het aftoetsen gebeurt door de leesgroep en maakt integraal onderdeel uit van het geformuleerde advies richting PG. Om het werk van de leesgroep te vergemakkelijken en om discussies tijdens de vergadering vlotter te laten verlopen, werden onderstaande selectiecriteria ingedeeld in vier clusters nl. Innovativiteit, Duurzaamheid, Inpasbaarheid, en Haalbaarheid. Over de vier clusters moet telkens een beoordeling worden geformuleerd om daarna tot een globaal advies te komen. Dit advies wordt aan de PG meegedeeld.
Innovativiteit
- Vernieuwend:het project heeft een vernieuwend of origineel karakter, inhoudelijk, methodologisch of op het vlak van samenwerking.
- Overdraagbaarheid:het project levert overdraagbare resultaten op en levert specifieke inspanningen om de resultaten over te dragen, zowel aan de PG als aan derden. In welke mate heeft het project een voorbeeldfunctie?
- Additionaliteit (meerwaarde): Het project kan niet enkel worden gedragen door reguliere middelen. Het project moet een meerwaarde bieden ten opzichte van reeds bestaande initiatieven en /of financieringen en mogen niet behoren tot de normale activiteiten van de promotor.
Duurzaamheid
- Sociale duurzaamheid:Werkt het project met en voor de inwoners van het gebied? Wordt het project gedragen door de doelgroep, de buurt of de bevolking? Versterkt het project het sociaal weefsel in de regio?
- Ecologische duurzaamheid:Bij het uitwerken van het project wordt er gestreefd naar een positieve impact op het milieu en de omgeving waarin het wordt uitgewerkt.
- Economische duurzaamheid:het project stimuleert of bestendigt tewerkstelling en ondernemerschap in de regio, met inbegrip van een duidelijke toekomstvisie gericht op de leefbaarheid van de streek.
Inpasbaarheid
- Integraliteit:het project draagt bij tot de versterking eigen potenties en noden van het gebied en draagt bij tot de versterking van de identiteit van de regio. Het project heeft hierbij een duidelijke een gemotiveerde link met landbouw en/of het platteland.
- Sector overschrijdend:het project komt tegemoet aan verschillende prioritaire thema's. Het project is een samenwerking die tot stand kwam vanuit verschillende overheden en/of private partners
- Effectiviteit:de mate waarin de vooropgestelde doelen worden bereikt.
Haalbaarheid
- Geschiktheid van de promotor:de promotor moet op basis van zijn expertise, kwalificaties, professionaliteit...als geschikte kandidaat worden bevonden
- Haalbaarheid:Ieder project wordt inhoudelijk getoetst op zijn technische en organisatorische haalbaarheid binnen de door de promotor voorziene uitvoeringstermijn in de projectplanning.
- Geschiktheid indicatoren: De voor het project voorgestelde indicatoren (meetbaar en/of niet-meetbaar) zijn relevant en bruikbaar. Ze worden achteraf door de PG en de beheersdienst VLM bij de inhoudelijke en financiële evaluatie gebruikt om de projectresultaten af te toetsen.